Sinds 2006 is Ronald van Nordennen werkzaam als specialist ouderengeneeskunde. Dat hij een passie heeft voor zijn vak, is een feit. Voor BKV schrijft Ronald regelmatig verhalen over zijn werkzaamheden en alle dagelijkse dingen die hij tegenkomt in zijn werk als specialist ouderengeneeskunde.
Waar de ouderengeneeskunde zich vroeger afspeelde binnen de muren van de diverse verpleeghuizen, bevindt de specialist zich tegenwoordig steeds vaker in de eerste lijn, bij patiënten thuis. Immers, kwetsbare ouderen worden zolang als mogelijk in staat gesteld in hun eigen omgeving te blijven wonen, totdat verblijf in een woonzorgcentrum echt niet anders kan. Dit heeft dan vaak te maken met een grote hoeveelheid adl-zorg.
Samenwerking met de huisarts
De specialist ouderengeneeskunde werkt voor deze kwetsbare ouderen uiteraard samen met de huisarts, die voor patiënten in de eerste lijn de ‘kapitein op het schip’ blijft. De so voert na verwijzing van de huisarts consulten uit. Dit kan diagnostiek zijn met betrekking tot cognitieve stoornissen, de afbouw van polyfarmacie, valproblematiek, maar kan ook gaan om de behandeling van patiënten met ziektebeelden zoals Parkinson, COPD en hartfalen. Hierbij is het van groot belang om constant de afweging te maken of de voordelen van een behandeling groter zijn dan de nadelen. Advance Care Planning (ACP) speelt hierbij een grote rol (zie ook het KNMG rapport: Niet alles wat kan, hoeft).
Het vak van de specialist ouderengeneeskunde wordt door deze uitbreiding van taken nóg interessanter. Je werkt intramuraal, maar komt ook bij de mensen thuis.
Een dag uit het leven van een so
“Tussen de kippen door loop ik over het erf met mijn dokterstas. Mevrouw Schoonhoven is 93 jaar en woont al sinds haar geboorte in dit huis. Een oude boerderij, waar mevrouw vroeger rondliep met haar in totaal twaalf broers en zussen. Ik bedenk me hoe dit moet zijn geweest. De kinderen sliepen met zes op één kamer. Ik denk aan mijn eigen drie kinderen met hun eigen kamers. Toch geeft mevrouw mij aan dat het wel gezellig was. Je had elkaar en de oudste kinderen zorgden voor de jongste kinderen, want pa was werken en ma was hele dagen bezig met de was en de zorg voor het eten voor al die mondjes.”
Gewoon een bakje koffie
“De huisarts van mevrouw Schoonhoven heeft mij gevraagd eens te kijken naar haar cognitieve achteruitgang. De geriatrisch verpleegkundige is al bij haar langs geweest en heeft mevrouw in beeld gebracht. Ze is kwetsbaar. Mevrouw vraagt me of ik zin heb in koffie. Ik antwoord bevestigend en na enige minuten krijg ik een kop lauw water en een theezakje. Ze heeft een prachtige glimlach en ik bedank haar hartelijk. Ze vertelt me haar verhaal dat indrukwekkend is. Ze heeft één dochtertje gekregen toen ze 28 jaar was. Haar man en zij hadden de hoop al opgegeven, maar raakten toch zwanger. Het meisje overleed op haar derde levensjaar aan een infectieziekte. “Toen ging dat nog zo dokter, de artsen konden niks doen, alles wat ik had verdween met haar.” Ze verloor haar man aan kanker toen ze zelf 52 jaar was en is daarna altijd alleen gebleven. Alleen met haar hondje, de kippen en fantastische buren, die zich om haar bekommeren.”
“Vanuit Groenhuysen heeft de verpleegkundige thuiszorg geregeld, twee maal daags voor haar tabletjes en hulp bij het wassen en aankleden. Er komt sinds kort huishoudelijk hulp. Mevrouw valt tijdens het gesprek regelmatig in herhaling: “had ik al verteld over mijn dochtertje, dokter” en telkens schieten de tranen in haar ogen. Ik realiseer me hoe verschrikkelijk de ziekte dementie is en wat het met je doet. Als ik patiënten met dementie spreek, denk ik vaak aan wat er in het hoofd van deze mensen moet omgaan. Wellicht komt hun verdriet ook vaak naar boven, net zoals bij mevrouw Schoonhoven. Levenservaringen die verdriet, angst en gelukkig ook blijdschap opleveren. Foto’s doen het altijd goed en mevrouw Schoonhoven laat me een prachtige trouwfoto in zwart-wit zien. “Wat was ik mooi he dokter en mijn man, wat een plaatje.” Op mijn vraag hoe ze nu naar zichzelf kijkt, geeft ze treffend aan: “Tja dokter, een hoop rimpels en hersens als een zeef en zeg me niet dat het niet zo is’. We lachen samen en ik drink mijn thee. “Is de koffie sterk genoeg dokter?” “De koffie is heerlijk mevrouw, kan niet beter.” Ze knikt en tovert opnieuw haar glimlach op haar gezicht. Wat heb ik een prachtig vak!”
Oriënteren binnen de ouderengeneeskunde
Wil jij weten of het vak ouderengeneeskunde iets voor jou is en wil je meer weten over de mogelijkheden om werkervaring op te doen binnen dit mooie vakgebied?